Ingrediënten:
2 portie stukken kabeljauw, zout, peper, bloem om te draaien, olijfolie om te bakken.
Ook:
1-2 sneetjes pompernikkel, 1 el boter, 80 g dungesneden pancetta, 4 gekookte aardappelen van de vorige dag, 1 dik bosje bieslook.
Bereiding:
U kunt het beste beginnen met de garnering, die is dan klaar en zodra de vis klaar is, kunt u serveren.
Verkruimel de pompernikkel en rooster in de boter tot de kruimels smakelijk ruiken. Giet in een kleine kom. Snijd het spek in dunne reepjes en bak ze in dezelfde pan knapperig. Zet opzij. Bak nu langzaam de aardappelschijfjes in het spekvet tot ze knapperig zijn. Snijd tot slot de bieslook in fijne rolletjes.
Kruid de vis: gewoon met zout en peper, draai hem daarna in de bloem zodat alles slechts met een heel dun laagje bedekt is. Schroei eerst een minuut op de huidzijde – alleen op middelhoog vuur, de huid moet nu zachtjes bruin worden. Dan omdraaien en ook aan de vleeskant bakken, maar nog geen minuut. Keer opnieuw en leg nu in de pan om 5 minuten te garen in een oven van 75 graden (boven & onderwarmte/ 60 graden hete lucht).
Vlak voor het opdienen de vis in de pan nog eens kort op de huid roosteren om hem weer krokant te maken.
> Een recept van Martina Meuth en Bernd Neuner Duttenhofer Foto: WDR





