De nieuwe formule voor de berekening van het gereguleerde elektriciteitstarief, bekend als de Vrijwillige Prijs voor Kleine Verbruikers (PVPC) – waarbij ongeveer 8,5 miljoen consumenten betrokken zijn, ongeveer een derde van alle huishoudelijke verbruikers – treedt aanstaande maandag, 1 januari, in werking volgens het ministerie van Ecologische Transitie en de Demografische Uitdaging.
In tegenstelling tot de vorige berekeningsmethode, ingevoerd bij Wet 24/2013 betreffende de elektriciteitssector en gereguleerd bij Koninklijk Besluit 216/2014, waarbij de uiteindelijke prijs volledig gekoppeld was aan de dagelijkse groothandelsmarkt, zal de nieuwe formule gedeeltelijk rekening houden met prijssignalen op lange termijn.
Daarom kopen de referentiehandelaars sinds 1 juli een deel van de energie die het PVPC-tarief in 2024 zal verbruiken. Met deze hervorming van de PVPC zullen huishoudelijke facturen profiteren van de gedeeltelijke de-indexering van de spotmarkten door referenties van de futuresmarkten op te nemen – d.w.z. er zal rekening worden gehouden met de prijs van elektriciteit in aankoop- en verkoopcontracten die voor een toekomstige datum zijn afgesloten – wat meer stabiliteit zal geven aan de eindprijzen voor consumenten. Het opnemen van termijncontracten zal geleidelijk gebeuren en in 2024 zal 25% van de elektriciteitsprijs worden berekend op basis van de termijnprijs en 75% op basis van de dagprijs.
In 2025 wordt de PVPC berekend aan de hand van 40% van de toekomstige prijs en de resterende 60% van de dagprijs, en in 2026 wordt 45% van de dagprijs en de resterende 55% van de toekomstige prijs gebruikt. Dit zal de prijssignalen op geen enkel moment veranderen, die de vraag naar daluren zullen blijven sturen. Op deze manier zal de regering vanaf 2024 een einde maken aan de PVPC in zijn huidige vorm, die in 2014 werd ingevoerd door de PP-regering en die, gekoppeld aan de dagprijzen van de Iberische elektriciteitsmarkt (Mibel), de goedkoopste optie is geweest voor kleinverbruikers sinds de invoering ervan, toen het werd gelanceerd als een hervorming van het elektriciteitstarief vanwege de problemen met de Cesur-veilingen.
Het kabinet, onder leiding van Teresa Ribera, was van mening dat deze verandering “een impuls zal geven aan het afsluiten van elektriciteitscontracten op de termijnmarkten, wat zal leiden tot een grotere stabiliteit van de rekeningen van Spaanse huishoudens en micro-ondernemingen, waardoor perioden van grote volatiliteit, zoals we die de afgelopen jaren hebben gezien en vooral in de eerste maanden van de oorlog in Oekraïne, worden vermeden”.
Er wordt verwacht dat deze verandering niet alleen producenten en verkopers zal aanmoedigen om energieproductie te verhandelen op langetermijnmarkten om meer zekerheid te krijgen over het rendement van hun investeringen, maar ook zal leiden tot meer stabiliteit in de elektriciteitsrekening van consumenten. De omschakeling gebeurt automatisch – de consument hoeft niets te doen – en wordt uitgevoerd door de elektriciteitsbedrijven, die vanaf 1 januari de nieuwe energieprijsformule zullen toepassen op hun facturen.
Hoewel de elektriciteitsprijzen op de groothandelsmarkten in 2023 ongewoon hoog zijn gebleven, hebben de maatregelen ter bescherming van de consument die na het begin van de invasie in Oekraïne zijn ingevoerd, waaronder de Iberische oplossing, volgens schattingen van het ministerie geleid tot een verlaging van de rekening met 40,5% op jaarbasis voor de gemiddelde consument met een jaarlijks verbruik van 2.400 kilowattuur (kWh) en een contractvermogen van 4,11 kW. Terwijl de gemiddelde maandelijkse elektriciteitsrekening in 2022 75,58 euro bedroeg, is dit bedrag in 2023 teruggebracht tot 44,97 euro.
Het ondertekenen van een elektriciteitscontract op de gereguleerde markt is een van de voorwaarden om aanspraak te kunnen maken op de bono social eléctrico, een beschermingsmaatregel waar momenteel meer dan 1,5 miljoen huishoudens (bijna vier miljoen mensen) recht op hebben. De impact van de oorlog in Oekraïne op de energieprijzen heeft de Ministerraad ertoe aangezet om tijdelijk een derde categorie toe te staan, die is opgenomen in RDL 18/2022, namelijk werkende huishoudens met een laag inkomen, die kunnen profiteren van een korting van 40% op hun elektriciteitsrekening.
Zowel de korting voor deze groep als de verlenging van de kortingen voor kwetsbare en zeer kwetsbare consumenten – respectievelijk van 25% tot 65% en van 40% tot 80% – zijn onlangs verlengd tot 30 juni 2024 bij Koninklijk Wetsbesluit 8/2023.
Bron: Agentschappen
