De minister van Sociale Rechten, Consumentenbescherming en Agenda 2030, Pablo Bustinduy, heeft gereageerd op de recente uitspraak die Ryanair verplicht tot terugbetaling van de kosten voor handbagage, en heeft de luchtvaartmaatschappij gewaarschuwd dat hij niet zal afzien van zijn “inspanningen ter verdediging van de consumentenrechten” en naar het Hof van Justitie van de Europese Unie “of waar dan ook nodig” zal stappen.
Hij voegde eraan toe dat de Spaanse regering bij conflicten tussen de particuliere winsten van een multinationale onderneming en de wettelijk vastgelegde consumentenrechten altijd aan de kant van de consument zal staan, “tot het uiterste”.
Daarom antwoordde hij de luchtvaartmaatschappijen, die zijn houding als “onbuigzaam” bestempelden, dat hij daarmee alleen maar zijn plicht en zijn verplichting nakomt. “En ik zal daar geen centimeter van afwijken”, voegde hij eraan toe.
De laatste uitspraak, die woensdag (15-10-2025) bekend werd gemaakt, is de “x-de overwinning” met betrekking tot het onrechtmatig heffen van kosten voor handbagage, en hij herinnerde eraan dat het Europees Parlement op dezelfde dag zijn standpunt had bevestigd, dat “in overeenstemming is met dat van het ministerie van Consumentenbescherming”.
Bustinduy reageerde op de eis van de goedkope luchtvaartmaatschappijen om de sancties in te trekken met het antwoord dat hij dat niet zou doen.
“Daarvoor zit ik in de regering en dat zal ik altijd blijven doen, zo vaak als nodig is”, verklaarde hij resoluut. Hij verdedigde ook de verhoging van de luchthavenheffingen, die Ryanair ertoe heeft aangezet enkele Spaanse luchthavens te verlaten, omdat deze heffingen, die worden vastgesteld door Aena en onder de bevoegdheid van het ministerie van Transport vallen, zoals hij verduidelijkte, dienen om investeringen in infrastructuur, veiligheid en ontwikkeling te financieren.
Dankzij deze heffingen, zo benadrukte hij, beschikt Spanje over “een van de snelst groeiende luchthavennetwerken ter wereld, waarvan de duurzaamheid en toekomstbestendigheid moeten worden gewaarborgd”.
Bron: agentschappen