De indicator van het economisch sentiment heeft zijn neerwaartse trend in juli voortgezet en daalde met 0,8 punten in de eurozone en met 0,5 punten in de Europese Unie als geheel, meldde de Europese Commissie vrijdag (28/07/2023) . De indicator stond daarmee op 94,5 punten in de eurozone en op 93,6 punten in de EU-27.
De werkgelegenheidsverwachtingen daalden ook in juli, met 1,8 punten in zowel de eurozone (naar 103) als de EU-27 (naar 102,4). “In de EU was de daling van de indicator van het economisch sentiment in juli te wijten aan een aanzienlijk lager vertrouwen in de industrie en de bouw, dat slechts gedeeltelijk werd gecompenseerd door een aanzienlijk hoger vertrouwen in de detailhandel en bij de consumenten”, aldus de Commissie in een verklaring.
Van de grote EU-economieën verslechterde het economisch sentiment het meest in Frankrijk (-2,3 punten), Duitsland (-2,1) en, in mindere mate, Nederland (-0,9), terwijl Spanje de sterkste stijging liet optekenen (+1,3 punten), gevolgd door Polen (+0,9). In Italië veranderde de indicator nauwelijks (+0,1).
Met name het vertrouwen in de industrie verzwakte voor de zesde maand op rij in de EU (-1,4 punten), als gevolg van verslechterende productieverwachtingen en een afnemende vraag; het vertrouwen in de dienstensector daalde (-0,2), eveneens als gevolg van minder optimisme over de vraagsituatie.
Het consumentenvertrouwen daarentegen bleef zich herstellen van het historische dieptepunt van september 2022 en steeg met één punt doordat de vooruitzichten voor de algemene economische situatie van hun land en hun toekomstige financiële situatie verbeterden, terwijl het voornemen om grote aankopen te doen ongewijzigd bleef.
Aan de andere kant herstelde het vertrouwen van de detailhandel zich in juli gedeeltelijk van de dalingen in de voorgaande twee maanden, met een stijging van 1,4 punten dankzij een “veel optimistischere” verwachting met betrekking tot vroegere en verwachte bedrijfsomstandigheden.
Daarentegen verloor de vertrouwensindicator voor de bouw 1,1 punt door een verslechtering van de orderverwachtingen, terwijl de verwachtingen van ondernemers met betrekking tot het tekort aan materialen, apparatuur en werkgelegenheid stabiel bleven. De economische vertrouwensindicator wordt maandelijks samengesteld door het directoraat-generaal Economische en financiële zaken van de Europese Commissie.
Bron: Agentschappen





