De medewerkers van de versterkingsbrigades voor bosbranden (BRIF) krijgen een loonsverhoging tussen 15 % en 20 % en een verbetering van hun arbeidsomstandigheden, aangezien hun daadwerkelijke werk voor het blussen van branden wordt beperkt tot acht uur per dag.
Dit zijn enkele van de nieuwigheden in de nieuwe overeenkomst tot gedeeltelijke wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van het bedrijf Transformación Agraria S.A. (Tragsa), een overheidsbedrijf dat projecten uitvoert op het gebied van plattelandsontwikkeling, milieubescherming en noodmaatregelen.
Deze overeenkomst, die woensdag (20.08.2025) in het BOE wordt gepubliceerd, regelt de arbeids- en salarisvoorwaarden van de BRIF, een groep die door een tekort aan personeel en middelen onder “precaire” en “extreme” omstandigheden werkt, zoals de vakbonden UGT en CCOO de afgelopen dagen hebben beklagt naar aanleiding van een golf van branden die duizenden hectaren in Spanje hebben verwoest.
Bronnen van het ministerie van Ecologische Transitie benadrukken dat deze overeenkomst, die in juni door het management en de werknemersvertegenwoordigers is ondertekend, voorziet in loonsverhogingen tussen 15 % en 20 % en een verbetering van de arbeidsomstandigheden.
In een interview met RNE prees minister Sara Aagesen de daarmee gepaard gaande verbeteringen en benadrukte zij dat de leden van de BRIF met deze nieuwe cao, waaraan sinds 2018 is gewerkt, “niet langer als bosarbeiders worden beschouwd, maar als bosbrandbestrijders”.
Het basissalaris begint bij 19.403,52 euro voor de laagste rangen en loopt op tot maximaal 36.155,68 euro voor de hoogste rangen, waaronder de hoofd bosbrandbestrijder, de bosbrandbestrijdingstechnicus en de technicus voor fysieke voorbereiding. Overuren worden op verzoek van de onderneming verricht en zijn vrijwillig voor de werknemer, maar verplicht wanneer ze nodig zijn voor de bestrijding van bosbranden, met een jaarlijks maximum van 80 uur.
Elk overuur wordt vergoed met een toeslag van 70 % op het uurloon van de betreffende beroepsgroep en met een toeslag van 100 % op feestdagen en in het weekend tijdens de preventiefase en tijdens de wekelijkse rusttijden in de blusfase.
Het normale uurloon ligt dus tussen 12,56 en 6,73 euro, afhankelijk van het niveau; het overurentarief tussen 21,35 en 11,44 euro; de nachttoeslag tussen 29,89 en 16,02 euro; feestdagen tussen 25,2 en 13,46 euro en feestdagen en nachten tussen 35,17 en 18,84 euro.
Daarnaast is een toeslag voor overnachtingen buiten de locatie voorzien van 15 euro bruto voor elke nacht waarin het vanwege de dienstverlening niet mogelijk is om naar de locatie terug te keren.
De arbeidstijd van de groep bedraagt 35 effectieve werkuren per week, waarvan de verdeling over het jaar wordt vastgesteld afhankelijk van de periode. Zo worden tijdens de brandbestrijdingscampagne opeenvolgende cycli van negen dagen vastgesteld: drie met een dag van 11 uur, drie met een dag van 5 uur (met speciale beschikbaarheid) en drie rustdagen, een systeem dat een “efficiënte reactie” op noodsituaties moet garanderen.
De collectieve arbeidsovereenkomst bepaalt duidelijk dat niemand langer dan 12 uur achter elkaar mag werken – in uitzonderlijke gevallen en met een gegronde reden 14 uur –, waarvan niet meer dan 8 uur effectief voor brandbestrijding.
De minimale rusttijd tussen werkdagen bedraagt 12 uur – in uitzonderlijke gevallen 10 uur – en voor elke gewerkte feestdag hebben werknemers recht op twee volledige rustdagen, die in de preventiefase kunnen worden opgenomen. In uitzonderlijke gevallen kan de dienstverantwoordelijke een wijziging van de ploegendiensten en werktijden goedkeuren om bosbranden te bestrijden, en werknemers die niet in hun wekelijkse rusttijd zijn, kunnen worden ingezet voor brandbestrijding.
Tijdens de bosbrandpreventiecampagne omvatten de taken preventieve bosbouwactiviteiten, bosonderhoud en -verzorging, alsmede voorlichting, bewustmaking en kennisoverdracht in verband met de preventie van bosbranden. De dagelijkse werktijd wordt doorlopend aangepast tussen 7.00 en 16.00 uur van maandag tot en met vrijdag, afhankelijk van de zonuren en de weersomstandigheden.
Het ministerie van Ecologische Transitie benadrukt dat deze ploegendiensten “door de werknemers zijn gevraagd en voor hen beter zijn”, omdat ze “de interventies efficiënter maken” en “het evenwicht tussen werk en gezin en de efficiëntie bij de brandbestrijding verbeteren”. Bronnen van het ministerie van Werkgelegenheid benadrukken op hun beurt dat de nieuwe overeenkomst voorziet in het behoud van BRIF-technici voor preventiewerkzaamheden in de winter.
Bron: agentschappen