Het gat in de ozonlaag op Antarctica, dat elk jaar in augustus ontstaat en in november begint te krimpen, is groter dan normaal voor de huidige datum, volgens bevindingen van de Copernicus Atmosphere Monitoring Service (CAMS). Dit jaar vormde het gat zich een paar dagen eerder dan normaal en heeft het sinds eind oktober een omvang van meer dan 15 miljoen vierkante kilometer, aldus Copernicus in een verklaring.
Het in Bonn gevestigde onderdeel van het Europese ruimtevaartprogramma analyseert de mogelijke oorzaken van deze anomalie.
Het ozongat in de ozonlaag op Antarctica ontstaat elk jaar tijdens de Australische lente, wanneer stoffen zich ophopen boven de Zuidpool die, samen met onder andere zonnestraling en vriestemperaturen, zorgen voor een drastische verlaging van de concentratie van dit gas.
Normaal gesproken verdwijnt het fenomeen eind november, wanneer de temperaturen weer stijgen en de richting van de stratosferische winden verandert als de polaire vortex verdwijnt. Dit jaar groeide het gat snel en werd het de zesde grootste sinds het begin van de metingen in 1979, met een oppervlakte van 26,15 miljoen vierkante kilometer.
Hoewel het zoals gewoonlijk in oktober kromp, nam het tegen het einde van de maand weer toe en zal het naar verwachting tot in de eerste weken van december zijn omvang behouden.
Dit is het derde jaar op rij dat het ozongat op Antarctica pas halverwege tot eind december dichtgaat, later dan normaal, als gevolg van de koudere temperaturen en de langere duur van de polaire vortex.
Mogelijke oorzaken zijn onder andere waterdamp die in de atmosfeer vrijkomt uit de Hunga-Tonga vulkaan, variaties in windpatronen op het zuidelijk halfrond en klimaatverandering, hoewel het onderzoek geen uitsluitsel geeft. “Sinds de ondertekening van het Protocol van Montreal hebben we de uitstoot van ozonafbrekende stoffen drastisch verminderd, zodat de atmosfeer zich kan herstellen”, zegt Vincent-Henri Peuch, directeur van CAMS. “Het is een lang proces met veel fluctuerende factoren die in de gaten moeten worden gehouden om de evolutie van de ozonlaag goed te begrijpen,” voegde hij eraan toe.
Bron: Agentschappen
