De inflatie in de eurozone is in oktober gedaald tot 2,9% op jaarbasis, bijna anderhalve punt lager dan de maand ervoor. Dit is het laagste niveau sinds augustus 2021, volgens gegevens gepubliceerd door het EU-statistiekbureau Eurostat.
De kerninflatie – die de impact van energieprijzen, vers voedsel, alcohol en tabak als meest volatiele uitsluit en als referentie dient voor de Europese Centrale Bank (ECB) bij het vaststellen van haar monetaire beleid – kwam uit op 4,2%, een daling van drie tienden van een punt ten opzichte van september.
Wat de afzonderlijke productcategorieën betreft, noteerden voedingsmiddelen, alcohol en tabak de hoogste inflatie op jaarbasis in de eurozone (7,5%, zij het 1,3 procentpunt lager dan in september), gevolgd door diensten (4,6%, een tiende procentpunt lager dan in de voorgaande maand) en niet-energetische industriële producten (3,5%, tegen 4,1% in de voorgaande maand). De energieproductie daalde daarentegen met 11,1%, tegen 4,6% in september.
In de analyse per land waren België (-1,7%) en Nederland (-1%) de enige landen in de eurozone die een prijsdaling lieten optekenen. Slowakije daarentegen had met 7,8% de hoogste inflatie. Spanje noteerde in oktober een prijsstijging van 3,5%. Van de grote economieën met een gemeenschappelijke munt noteerde Frankrijk een inflatie van 4,5%, Duitsland 3% en Italië 1,9%.
Bron: Agentschappen



