De Europese Unie is woensdag (20/09/2023) overeengekomen dat producten die in de EU worden verkocht niet langer het label “eco” of “natuurlijk” mogen dragen als er geen bewijs is om deze claims te staven, en dat fabrikanten consumenten niet langer mogen aanmoedigen om materialen zoals printerinkt “eerder dan strikt noodzakelijk” bij te vullen.
Onderhandelaars van de Raad – onder leiding van het Spaanse voorzitterschap – en het Europees Parlement werden het vanochtend vroeg eens over een nieuwe richtlijn om “consumenten mondiger te maken in het licht van milieuveranderingen” en om de lijst van handelspraktijken die in de EU verboden zijn uit te breiden of harder op te treden tegen vroegtijdige veroudering.
“We moeten geen producten promoten die te snel bederven. We ruimen ook de rotzooi op van milieuclaims die nu moeten worden onderbouwd, en claims die gebaseerd zijn op het compenseren van emissies zullen worden verboden,” zei de hoofdonderhandelaar van het Parlement, de Kroatische socialiste Biljana Borzan.
Bijvoorbeeld, milieuvriendelijke claims gebaseerd op vermeende compensatie van vervuilende uitstoot, zoals sommige luchtvaartmaatschappijen doen bij de verkoop van vliegtickets, zullen worden beperkt, wat betekent dat het niet langer mogelijk zal zijn om “te beweren dat een product neutrale, kleine of verbeterde milieueffecten heeft” als ze vertrouwen op “niet-geverifieerde compensatie systemen”.
Marketingboodschappen over “producten met kenmerken die hun duurzaamheid verminderen” wanneer er informatie is over de schade die door een dergelijk kenmerk wordt veroorzaakt, of beweringen over de duurzaamheid van een product die niet worden ondersteund door bewijs, zullen ook worden beperkt.
In het algemeen worden alle milieukeurmerken verboden die niet gebaseerd zijn op erkende certificeringssystemen of geïntroduceerd zijn door overheidsinstanties, evenals fabrikanten die software-updates presenteren als noodzakelijk, ook al verbeteren ze alleen de functionaliteit van de toepassing.
“Met het compromis van vandaag hebben consumenten de informatie die ze nodig hebben om groene keuzes te maken en zijn ze beter beschermd tegen groene en sociale witwaspraktijken en andere oneerlijke handelspraktijken”, benadrukte de Spaanse minister van Consumentenzaken Alberto Garzón in een verklaring.
De EU-commissaris voor Justitie verwelkomde de overeenkomst en benadrukte dat consumenten met de nieuwe wetgeving “antwoorden moeten kunnen vinden” op vragen als of een product duurzaam is ontworpen, of het kan worden gerepareerd, of er een garantie op een langere houdbaarheid geldt in geval van breuk, en of de informatie over de koolstofvoetafdruk van het product nauwkeurig en betrouwbaar is.
Zodra de procedures in Brussel zijn afgerond, hebben de lidstaten 24 maanden de tijd om hun wetgeving in overeenstemming te brengen met de richtlijn. Consumenten zullen de veranderingen dus tussen eind 2025 en begin 2026 in producten moeten zien.
Bron: Agentschappen
