De Duitse bondskanselier Olaf Scholz benadrukte dinsdag (27 februari 2024) dat de mogelijkheid om Europese of NAVO-soldaten naar Oekraïne te sturen niet ter discussie staat. Tijdens een bezoek aan Freiburg benadrukte Scholz dat er een “consensus” is dat dit principe “ook in de toekomst zal gelden”, nadat de Franse president Emmanuel Macron maandag de inzet van grondtroepen naar Oekraïne niet uitsloot.
“Wat we samen en tussen ons hebben afgesproken zal ook in de toekomst van kracht blijven, dat er geen grondtroepen zullen zijn, dat er geen soldaten op Oekraïens grondgebied zullen worden gestuurd door Europese of NAVO-landen,” zei hij. “Het is belangrijk om dit keer op keer te bevestigen, en het feit dat dit is overeengekomen is naar mijn mening een zeer, zeer goede en zeer belangrijke stap voorwaarts,” benadrukte hij een dag na het bijwonen van de Oekraïne-conferentie in Parijs, waar Macron de controversiële opmerkingen maakte.
Maandag had de Duitse bondskanselier zijn hernieuwde afwijzing van de levering van Taurus-raketten aan Oekraïne al gerechtvaardigd door te stellen dat actieve betrokkenheid bij het conflict moet worden vermeden, omdat de omgang met dergelijke wapens niet mogelijk is zonder de deelname van Duitse soldaten. “Duitsland is het Europese land dat Oekraïne de meeste militaire steun geeft. Dat zal zo blijven. Maar het is duidelijk dat we niet direct of indirect bij het conflict betrokken zullen raken”, schreef Scholz op het sociale netwerk X.
In deze context verzekerde regeringswoordvoerster Pilar Alegría dat Spanje geen voorstander is van het sturen van Europese of NAVO-troepen naar Oekraïne en deed een beroep op de noodzaak om de levering van wapens aan het land te “versnellen”. Tijdens de persconferentie na afloop van de Raad van Ministers verwoordde Alegria het Spaanse standpunt nadat Macron maandag had verklaard dat er “vandaag geen consensus” was over het sturen van grondtroepen, maar waarschuwde dat in de toekomst niets kon worden uitgesloten. De Franse regeringsleider deed deze uitspraken na de Internationale Conferentie ter ondersteuning van Oekraïne, die werd bijgewoond door meer dan twintig Europese staatshoofden en regeringsleiders in het Elysée-paleis, waaronder de Spaanse president Pedro Sánchez.
De woordvoerder benadrukte dat Spanje twee jaar na het begin van de oorlog in Oekraïne een “duidelijk standpunt” inneemt door te pleiten voor het versterken en consolideren van de steun voor het Oekraïense volk en tegelijkertijd te pleiten voor vrede. Op de vraag of de Spaanse regering voorstander was van de inzet van Europese troepen in Oekraïne, antwoordde Alegría categorisch van niet.
“We zijn het er niet mee eens, en we moeten ons ook richten op de dringende noodzaak om de levering van materiaal te versnellen,” zei Alegría, verwijzend naar wat Sánchez bij verschillende gelegenheden heeft gezegd, namelijk dat “eenheid het meest effectieve wapen was en is dat Europa heeft tegenover de aanval” door de Russische president.
Verschillende regeringsleiders, waaronder die van Hongarije, Polen en Tsjechië, verwierpen de mogelijkheid om hun soldaten naar Oekraïne te sturen.
Van zijn kant noemde het Kremlin een direct conflict met de NAVO “onvermijdelijk” als de geallieerde landen troepen inzetten in Oekraïne, en de Russische presidentiële woordvoerder zei dat ze moeten “overwegen” of het conflict met Rusland “overeenkomt met hun belangen en de belangen van hun volkeren”.
Bron: Agentschappen
