De regularisatie van plattelandswoningen gebeurt automatisch als het gemeentebestuur niet binnen zes maanden reageert op de aanvraag. De regularisatieprocedure werd tijdens het parlementaire proces gewijzigd en een van de belangrijkste veranderingen is dat het stilzwijgen van de administratie als positief wordt beschouwd.
Voorheen werd bestuurlijk stilzwijgen als negatief beschouwd als gemeentebesturen niet reageerden op verzoeken om toestemming van individuen. Met andere woorden, er werd aangenomen dat de toestemming was geweigerd. Vanaf dinsdag (26/11/2024), wanneer de wet hoogstwaarschijnlijk wordt aangenomen in het parlement, zal het stilzwijgen van de administratie als positief worden beschouwd en zal de toestemming automatisch als verleend worden beschouwd, zelfs als de gemeente niet reageert.
Het doel van deze verandering is om alle stedenbouwkundige procedures te versnellen, maar het zal een aanzienlijke impact hebben op de legalisatie, die de verantwoordelijkheid is van de gemeenten. PP en Vox zetten zich in voor het wegnemen van obstakels en het versnellen van alle stedenbouwkundige procedures, waaronder legalisatie. Daarom zijn de twee partijen het eens geworden over een amendement dat deze verandering mogelijk maakt.
De tekst, die dinsdag in het Parlement wordt besproken, bevat nog een andere zeer belangrijke wijziging: het feit dat illegale werken op gemeenschappelijke landbouwgrond acht jaar nadat ze zijn uitgevoerd zullen verjaren, wat betekent dat de overheid niet langer de sloop van de werken kan bevelen. Dit is echter niet de enige verandering op dit gebied. Vanaf de inwerkingtreding van de wet is het niet langer nodig om te bewijzen dat de werken acht jaar geleden werden uitgevoerd. Voortaan is het voldoende om “wettelijk toegelaten bewijs te leveren in overeenstemming met de wet op de burgerlijke rechtsvordering”, zoals in de tekst staat.
Dit betekent dat de verklaring van een getuige die beweert dat de werkzaamheden acht jaar geleden zijn uitgevoerd, als bewijs zal volstaan. Op dit moment moet er betrouwbaar bewijs worden geleverd.
Een van de gevolgen van het feit dat stedenbouwkundige illegaliteit niet van toepassing is op landelijke eigendommen, is dat het aantal woningen dat kan profiteren van de buitengewone legalisatieperiode is uitgebreid. De overheid geeft geïnteresseerden een overgangsperiode van drie jaar om hun woningen stedenbouwkundig te regulariseren. Dit betekent dat huizen die al acht jaar illegaal gebouwd zijn in aanmerking komen voor de buitengewone periode.
De regering verdedigt deze procedure en ook het feit dat werken op gemeenschappelijke grond opnieuw onderworpen zullen zijn aan de verjaringstermijn. “Het heeft geen zin dat een moordmisdrijf verjaart terwijl bouwwerkzaamheden op het land dat niet doen”, aldus de regering. De PP benadrukt dat het legalisatieproces een belofte is die Marga Prohens in haar verkiezingsprogramma heeft gedaan. “We houden niemand voor de gek, we houden ons eraan,” vertelde vicevoorzitter Antoni Costa aan de plenaire vergadering.
Bron: Agentschappen
