De consumentenprijsindex (CPI) steeg in oktober 2025 tot 3,1 % op jaarbasis, een tiende meer dan in september en het hoogste percentage sinds juni 2024, als gevolg van de stijging van de elektriciteitsprijzen, terwijl de inflatie voor levensmiddelen ook met een tiende steeg tot 2,4 %.
Het Nationaal Instituut voor de Statistiek (INE) heeft vrijdag (14-11-2025) de twee weken geleden gepubliceerde gegevens bevestigd, waaruit bleek dat de kerninflatie (exclusief energie en verse levensmiddelen) 2,5 % bedroeg, een tiende meer dan in de voorgaande maand.
De stijging van de consumentenprijsindex is voornamelijk toe te schrijven aan de sector huisvesting, waarvan het jaarlijkse percentage met vier tienden steeg tot 7,5 %, wat te wijten is aan een sterkere stijging van de elektriciteitsprijzen in vergelijking met oktober 2024.
Onder de groepen met een negatieve invloed viel de groep vrije tijd en cultuur op, met een jaarlijks percentage van 0,1 %, een half procentpunt minder dan in de voorgaande maand, wat te wijten is aan de sterkere prijsdaling voor pakketreizen. De inflatie is sinds mei (2 %) vijf maanden op rij gestegen, met uitzondering van augustus, toen ze stabiel bleef op 2,7 %, en ligt nog steeds ver boven het dieptepunt van september 2024 (1,5 %).
Eieren worden meer dan 22 % duurder Van de componenten van het winkelmandje noteerden eieren in oktober met 22,5 % de hoogste stijging ten opzichte van vorig jaar, gevolgd door koffie (19,4 %), rundvlees (17,8 %), chocolade (16,1 %) en cacao en chocoladepoeder (12,7 %) .
Opvallend zijn ook de prijsstijgingen voor eetbare ingewanden (8,1 %), schapen- en geitenvlees (7,7 %), verse of gekoelde vis (7,2 %), boter (7,1 %) en gedroogd fruit (7 %). Daarentegen was olijfolie het product waarvan de prijs het afgelopen jaar het sterkst is gedaald, namelijk met 41,6 %, hoewel het sinds januari 2021 een stijging van 53,7 % heeft laten zien en in maand-op-maandvergelijking voor het eerst sinds oktober 2024 met 2,7 % is gestegen.
Ook op jaarbasis zijn de prijzen gedaald voor suiker (13,5 %), aardappelen (3,4 %), pizza en quiche (2,6 %) en yoghurt (1,8 %). Afgezien van de voedingssector zijn vooral de afvalinzameling (30,3 %), sieraden en mode-sieraden (26,8 %), het gecombineerd personenvervoer (26,7 %) en elektriciteit (18,7 %) duurder geworden ten opzichte van vorig jaar.
Aan de andere kant van de schaal noteerden binnenlandse pakketreizen met 6,4 %, audiovisuele apparatuur met 6 % en pc’s met 4,9 % de grootste dalingen.
In vergelijking met september stegen de consumentenprijzen met 0,7 %. De prijzen voor personenvervoer per spoor (12,3 %) en fruit (12 %) stegen het sterkst, terwijl de prijzen voor binnenlandse pakketreizen met 10,9 % het sterkst daalden. De groepen met de grootste positieve effecten in maand-op-maandvergelijking waren kleding en schoenen als gevolg van de prijsstijging aan het begin van het seizoen, voedingsmiddelen en alcoholische dranken als gevolg van de prijsstijging van fruit, vlees, melk, kaas, eieren en oliën en vetten, en huisvesting als gevolg van de stijging van de elektriciteitsprijzen en in mindere mate van de gasprijzen.
Daarentegen was de groep vrije tijd en cultuur de groep met de sterkste daling als gevolg van de prijsdaling voor pakketreizen. Balearen en Madrid met de hoogste percentages De CPI noteerde in oktober in alle autonome regio’s positieve jaarpercentages: De hoogste percentages werden genoteerd op de Balearen en in Madrid, met elk 3,6 %, en de laagste in Murcia (2,2 %) en op de Canarische Eilanden (2,5 %). In oktober bedroeg het jaarlijkse percentage van de HICP 3,2 %, twee tienden meer dan in de voorgaande maand, en het maandelijkse percentage steeg met 0,5 %.
Het ministerie van Economie, Handel en Ondernemingen heeft benadrukt dat de cijfers voor oktober overeenkomen met die voor september en voornamelijk te wijten zijn aan de prijsstijgingen voor elektriciteit, internationale vluchten en spoorvervoer, die gedeeltelijk werden gecompenseerd door de daling van de prijzen voor pakketreizen en brandstoffen. In een vrijdag gepubliceerd communiqué wordt benadrukt dat de voedselprijzen relatief stabiel zijn gebleven.
Bron: agentschappen
