Het ministerie van Landbouw, Visserij en Voeding heeft woensdag (07.05.2025) in het staatsblad (BOE) het uittreksel gepubliceerd van het besluit waarin dit jaar vervroegd subsidies worden aangekondigd voor de voorbereiding en uitvoering van innovatieprojecten van algemeen belang door interregionale werkgroepen van de Europese Innovatiegemeenschap voor Productiviteit en Duurzaamheid in de Landbouw (AEI-Agri), met een recordbedrag van 46,5 miljoen euro, het hoogste budget in de geschiedenis van deze subsidielijn.
Concreet vallen deze subsidies onder de pijler “Plattelandsontwikkeling” van het Nationaal Strategisch Plan voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en worden ze voor 80 % gefinancierd uit Europese middelen en voor 20 % uit de reguliere begroting van het ministerie onder leiding van Luis Planas.
Geïnteresseerden kunnen hun aanvragen tot 4 juni om 14.00 uur indienen.
Het maximale subsidiebedrag per begunstigde groep is vastgesteld op 600.000 euro en de projecten kunnen tot 1 mei 2029 worden uitgevoerd.
Het ministerie van Landbouw heeft verklaard dat het project doorgaans zo wordt opgezet dat de subsidieperiode in twee fasen wordt verdeeld: een fase die loopt van de start tot 1 mei 2027 en een fase die loopt van die datum tot uiterlijk 1 mei 2029.
Op deze manier kunnen groepen van maximaal acht leden, bestaande uit natuurlijke of rechtspersonen die een actor uit de land- en bosbouwsector omvatten en bovendien een vertegenwoordiger hebben die een instelling van algemeen nut is, maar ook andere instellingen kunnen inschakelen, afhankelijk van de vereisten van het project, deze steun aanvragen.
De aanvragende instellingen moeten zich ertoe verbinden een innovatief project uit te voeren in meerdere autonome regio’s dat beantwoordt aan hun fundamentele en strategische behoeften om een van de specifieke doelstellingen van het GLB te verwezenlijken.
Deze oproep voorziet niet in specifieke thema’s waarbinnen de projecten moeten vallen. Op die manier worden niet alleen klassieke product- of procesinnovaties in de landbouw- of voedingssector of op het gebied van ecologische duurzaamheid bevorderd, maar ook innovatieve projecten die erop gericht zijn talent naar plattelandsgebieden aan te trekken en daar te houden, initiatieven voor duurzame bedrijfsontwikkeling en lokale gemeenschapsontwikkeling te innoveren en gendergelijkheid te bevorderen.
Het consortium dat de aanvraag indient, moet worden geleid door een vertegenwoordiger van een particuliere instelling zonder winstoogmerk. Universiteiten en andere instellingen van de autonome publieke sector kunnen als onderaannemers deelnemen aan de operationele groepen, maar niet als leden van de begunstigde groep die de steun rechtstreeks beheert.
Bovendien moeten de resultaten van deze innovatieve projecten worden opgenomen in het kennisplatform “EU Farmbook”, een initiatief dat door de Europese Commissie wordt gefinancierd in het kader van het O&O&I-programma “Horizon Europa”.
Bron: agentschappen





